Zomerdepressie

Zomerdepressie
Zonnige dagen kunnen ook donker zijn: ‘Ik voel de nood om me terug te trekken’

De Morgen – Fernand Van Damme – 29.07.2019

‘Op extreem warme dagen lijkt de aarde een plek waar je groot geluk mag verwachten. Ik voel mij daar niet comfortabel bij’, zegt Klara-presentator Bart Stouten.

Ervaart u dezer dagen een somber, rusteloos gevoel? U bent niet de enige. Een op de duizend Vlamingen heeft last van een ‘zomerdepressie’. Ook Tele-Onthaal ziet het aantal eenzamen in deze periode licht stijgen.

“Op dit moment is de zomer zo hyperbolisch, zo overdreven zichzelf dat ik haast geneigd ben om naar het tegenovergestelde te verlangen”, zegt Klara-presentator Bart Stouten. Hij is niet gelukkig wanneer het weer “een valse belofte van geluk suggereert”. “Op extreem warme dagen lijkt de aarde een plek waar je groot geluk mag verwachten. Ik voel mij daar niet comfortabel bij. Op zulke dagen voel ik een nood om mij terug te trekken, te slapen, boeken te lezen en te schrijven.”

‘I got that summertime, summertime sadness’, zong de Amerikaanse popzangeres Lana Del Rey al in haar gelijknamige hit uit 2012. Zomerweemoed: zo heet het sombere, rusteloze gevoel dat u misschien ervaart terwijl u dezer dagen naar de hemelsblauwe lucht kijkt. Ook Tele-Onthaal merkt een dipje bij zijn bellers en chatters, zegt woordvoerder Jennifer Pots. “De zomer werkt ontwrichtend.”

‘Netwerk op vakantie’

In de afgelopen maand kreeg de anonieme telefoon- en chathulplijn niet meer oproepen dan anders, wel praatten Vlamingen vaker over eenzaamheid. Tussen 1 juli en 21 juli had gemiddeld 12,3 procent van de bellers het over eenzame gevoelens tegenover 11,9 procent tijdens de eerste zes maanden van 2019. Bij de chatters is de tendens nog sterker: 7,3 procent in juli tegenover 5,8 procent tijdens de rest van het jaar.

Pots: “Vrienden en familie trekken op reis, maar ook psychologen en huisartsen knijpen er even tussenuit. Dat valt sommigen zwaar. Hun netwerk, hun luisterend oor valt weg. Zo is het gemakkelijk om in een isolement te vervallen.”

Geen routine

In extreme vorm kunt u over een ‘zomerdepressie’ spreken, een seizoensgebonden depressie zoals de bekendere winterdepressie. Het is een aanhoudende neerslachtigheid die jaarlijks terugkomt, altijd in hetzelfde jaargetijde. Ongeveer 0,1 procent van de Vlamingen zou met de zomerse variant te kampen hebben, zo schatte Dominique Van Praag, diensthoofd klinische psychologie aan het UZ Antwerpen, recent in Humo.

Er is niet één oorzaak voor het ontstaan van een depressie. Die is vrijwel altijd het gevolg van een combinatie van factoren: erfelijkheid, persoonlijke eigenschappen en iemands levenspad.

Professor Filip Raes, klinisch psycholoog aan de KU Leuven: “Bij zomerdepressies speelt het veranderen van de seizoenen een rol, maar even goed het verdwijnen van routine. Het is vakantie, mensen moeten niet naar kantoor, de kinderen zijn thuis… Bij sommigen hebben dergelijke veranderingen in routines een negatieve weerslag op hun stemming.”

Melatonine

Ook de veranderende hoeveelheid licht heeft een impact. In de zomer is het ’s avonds langer en ’s morgens vroeger licht. Daardoor kan ons dag-nachtritme worden ontregeld en wordt er minder melatonine aangemaakt, een hormoon dat ’s nachts door onze hersenen wordt afgescheiden en ons slaperig maakt. Een tekort eraan heeft een invloed op onze slaap en stemming.

“Dat horen wij ook bij onze bellers en chatters”, zegt Jennifer Pots van Tele-Onthaal. “Mensen geven aan dat ze door slecht te slapen in hun piekergedachten worden versterkt.”

De Zuid-Afrikaanse psychiater Norman E. Rosenthal heeft het fenomeen van seizoensgebonden depressies voor het eerst beschreven in de jaren 1980. Hij wijst ook op de sociale druk die met zomers gepaard gaat en sommige mensen beïnvloedt. “Het gevoel leeft dat de zomer leuk hoort te zijn, en als mensen niet ongelooflijk veel plezier hebben, moet er wel iets mis zijn met hen”, zo zei hij eerder aan The New York Times.

Mislukt

Oud-politica Mieke Vogels gaat niet zo ver om zich ‘zomerdepressief’ te noemen, maar herkent wel die zomerse druk waarover Rosenthal spreekt. Het kan haar soms neerslachtig maken: “In een stad als Antwerpen is er nu ongelooflijk veel te doen. Je krijgt continu brochures in de brievenbus. Eerst denk ik altijd: ik wil daarheen en dat concertje wil ik meepikken, en amai, dat ziet er plezant uit. Maar dan bestel ik toch weer geen kaarten, het aanbod is gewoon te overweldigend. Dan zit ik weleens triest in de zetel. Verdorie, waarom ben ik nu niet op dat festival, kan ik dan denken.”

Ook sociale media spelen een rol in zomerweemoed. Naar vakantiekiekjes van anderen kijken kan ons beïnvloeden, zegt Rosenthal aan de Times. “In de zomer lijkt het alsof iedereen er op z’n best uitziet en in geweldig gezelschap vertoeft op de meest adembenemende plekken.” Als jij dan thuis in je eentje in de zetel zit, kan je je mislukt voelen. Al vinden andere wetenschappers die socialemedia-uitleg te gemakkelijk. Naar verluidt dateert de eerste wetenschappelijke vermelding van een man die aan een zomerdepressie leed van 1854 – meer dan 150 jaar voordat we selfies op het strand van Knokke-Heist bij zonsondergang begonnen te posten.

Klara-presentator Bart Stouten zal je dezer dagen alleszins niet in de zandbak van Knoks burgemeester Leopold Lippens aantreffen: “De zomer is door het dolle heen. Dat het maar snel herfst is.”

Wie nood heeft aan een gesprek, kan terecht bij Tele-Onthaal op het gratis nummer 106 en op de website www.tele-onthaal.be.

Koninkijke trossen

David zijn druiven beginnen te rijpen in zijn serre op Solheide te Overijse. De hittegolf heeft het proces versneld, maar jammer genoeg ook de kleinere ranken wat doen lijden, maar de Royal trossen, zo heet de soort, blijven zich koninklijk gedragen.

Ze zullen extra zoet zijn dit jaar, de druiven van de Druivenstreek!

We zijn gelukkiger en tegelijk depressiever dan ooit

We zijn gelukkiger en tegelijk depressiever dan ooit

Brainwash – Damiaan Denys – 28.07.2019

We zijn gelukkiger dan ooit en tegelijk ook depressiever dan ooit. Nederland staat bovenaan de lijstjes van gelukkigste landen ter wereld, onze levenskwaliteit is beter dan ooit en we zijn nog nooit zo rijk geweest. Tegelijkertijd gaan jaarlijks een miljoen mensen in behandeling voor psychische klachten. Filosoof en psychiater Damiaan Denys over deze vreemde paradox.

Waar gaat het mis?

‘We zijn het vermogen verloren om het lijden te omarmen. Met onze rijkdom en technologie hebben we een maatschappij geschapen die op korte termijn heel aangenaam lijkt en ons van alle gemakken voorziet, maar ons mentaal ongezond maakt. Dat is iets dat we ons niet realiseren.’

We zijn gelukkiger en tegelijk ook ongelukkiger dan ooit?

‘De hemel is zo aantrekkelijk omdat hij niet bestaat. Mensen verlangen datgene wat eigenlijk niet goed voor hen is. Als je dát weet, dan wordt het veel makkelijker om te leven. Het verlangen zelf maakt het leven uit, en niet datgene wat je wilt bereiken. Al vanaf jonge leeftijd ontwikkel je allerlei verlangens: je wilt speelgoed en een puppy. Later wil je een huis, een baan en kinderen. Naarmate je ouder wordt, veranderen je verlangens. Maar het punt is dat je nooit datgene kan bereiken wat je verlangt. Er moet een tekort blijven om je als mens te drijven, want het bereiken van je verlangens is teleurstellend. Die mooie zeilboot is hooguit een paar dagen interessant, professor worden ben je na een week gewend, een fantastische partner is geweldig tijdens de huwelijksreis, maar bij thuiskomst kom je de eerste tekortkomingen al tegen. Het onbereikbare van geluk is de essentie ervan.’

Best wel tragisch.

‘Het vinden van geluk maakt gelukkig, het zoeken naar geluk ongelukkig. Zoeken naar geluk, zoals we het nu najagen, is tragisch, in de klassieke betekenis van een Griekse tragedie. De Griekse tragedie gaat niet zozeer om de dramatiek, maar om wat de hoofdrolspeler bewerkstelligt wat hij wil vermijden. Deze tragische essentie is het ultieme kenmerk van het Westerse denken. Het individu wil iets vermijden, uit hoofde van de maakbaarheid, en brengt daardoor juist tot stand wat hij niet wil. Willen we angst vermijden, dan juist worden we bang. Willen ongeluk vermijden en geluk omarmen, dan juist worden we ongelukkig.’

Zijn onze mentale klachten te danken aan de maatschappij waarin we leven?

‘Als je kijkt naar de mentale gezondheid in een land als Nigeria, een land dat veel minder welvarend is dan Nederland, dan zou je daar meer mentale klachten verwachten. Maar dat is niet het geval. In Nederland kampt 7,4 procent van de bevolking met een post-traumatische stressstoornis (PTSS). In Nigeria is dat minder dan 0,03 procent. Daarmee staat Nederland op de tweede hoogste plek in de wereld, Nigeria op de laatste plek.’

Dat is een opmerkelijk verschil.

‘Niet alleen op het gebied van PTSS doet Nigeria het beter. De prognose van schizofrenie is veel beter en toch neemt 84% geen medicijnen. Vier keer zoveel beter dan in Nederland. In de samenleving van Nigeria worden mensen nog geconfronteerd met de tekortkomingen van de werkelijkheid, en blijven mensen die psychisch lijden geïntegreerd in de dorpsgemeenschap. Zij kunnen blijven functioneren in de samenleving.’

Waarom doen wij het zoveel slechter?

‘Wij kunnen niet alleen het lijden, maar ook de abnormaliteit niet meer verdragen. Vandaar dat Nederland dat bizarre woord ‘verwarde personen’ heeft. Dat bestaat elders ter wereld niet, het is een uitvinding van de Nederlandse politie. Wij kijken op een vreemde manier naar dat wat niet strookt met ons maatschappelijk bestel. De onverdraagzaamheid van abnormaliteit – het anders zijn dan de norm – en van het lijden, dat zijn belangrijke ankerpunten die gepaard gaan met een hoogtechnologische, rijke en verwende samenleving die steeds meer doet waar ze zin in heeft.’

Is onze goede gezondheidszorg een verklaring voor het hoge aantal diagnoses, omdat het taboe minder groot is en mensen hier snel de weg vinden naar een psycholoog?

‘Nee. De beschikbaarheid van de geneeskundige zorg is al vijftig jaar hetzelfde in Nederland, toch zijn in de afgelopen twintig jaar psychische klachten toegenomen. Burn-out, stress en eenzaamheid zijn geen aspecten die te maken hebben met een betere toegankelijkheid in de geneeskundige zorg. Bovendien verklaart het niet waarom de effecten bij mensen die behandeld worden voor schizofrenie in Nigeria beter zijn. De crux ligt bij een andere manier van kijken naar mentale problemen. Wij stoppen medicijnen in mensen, nemen ze op, en vinden het lastig om hen te laten integreren in de samenleving. In Nigeria doen ze dat allemaal niet. Ze halen mensen niet eens uit de maatschappij, maar laten ze gewoon functioneren.’

Maakt de individualistische samenleving waarin we leven ons ziek?

‘Het is zeker zo dat wij in een samenleving leven waarin het individu de hoeksteen is, en waar we op onszelf zijn aangewezen. Het lijden, de angst of emoties die wij hebben kunnen niet meer gedeeld worden met de gemeenschap. Dat doen we alleen op een hysterische manier: kijk naar voetbalwedstrijden van Oranje, of de ramp met MH17. Dan zie je dat we ons cognitief individualisme compenseren met emotioneel collectivisme. Maar het individualisme bestaat al lange tijd in het Westen en de isolering van de mens is niet de enige verklaring. Een belangrijker concept is de maakbaarheid. De ambitie van de generatie millennials die denkt: ‘Ik kan alles worden wat ik wil, als ik maar hard werk.’ Dat heeft meer te maken met het idee dat alles maakbaar is, dat alles in mijn handen ligt als persoon. We eigenen onszelf een goddelijke status toe. Zo werkt het niet, de werkelijkheid is veel weerbarstiger.’

Hoe komt het dat de Nederlandse omgang met mentale problemen steeds meer kost en minder oplevert?

‘We stoppen meer en meer geld in de geestelijke gezondheidszorg, terwijl de problemen steeds groter worden: er zijn meer wachtlijsten, het personeel loopt weg, en psychiaters en patiënten zijn meer ontevreden. In vergelijking met twintig jaar geleden nemen de investeringen in zorg en personeel toe, maar alle parameters die zouden moeten verbeteren, worden slechter.’

‘Mijn analyse is dat de overvloed op den duur een tekort creëert. Zo worstelen we met een tekort van te veel investeringen in de gezondheidszorg, worstelen we met het feit dat we een tekort ervaren van te veel rijkdom, te veel pamperen, te veel luxe. Dat gaat ook over niet willen inzien dat het lijden bij het leven hoort, het niet kunnen aanvaarden van dat lijden. Het gaat ook over de psychiatrie als vak, waar we veel te hoge verwachtingen van hebben, en waarvan we willen dat ze ons pasklare oplossingen geeft. Er is geen pragmatische oplossing meer mogelijk, meer geld werkt niet meer. Er moet een verandering in attitude komen op drie dimensies, naar de organisatie van de gezondheidszorg, én naar onze verwachtingen naar de psychiatrie én onze omgang met het lijden.’

Mogen we bij de psychiater aankloppen voor hulp bij ons lijden en ons verlangen om gelukkig te worden?

‘Nee. Als we de psychiatrie willen redden, moet ze kleiner worden. De psychiatrie is een discipline van de geneeskunde die zich bezighoudt met de diagnose en behandeling van psychische stoornissen. We hebben daar veel te hoge verwachtingen van. We willen dat behandelaars ons helpen om gelukkig te worden, gezond te blijven en veerkrachtig te worden. Daar heeft een psychiater helemaal niet voor geleerd en dat kán hij ook helemaal niet. We komen naar een behandelaar en zeggen: ‘Help mij, los het op!’ Daar is de psychiatrie niet voor bedoeld, en dat is maar goed ook. Stel je voor dat het wel zo zou zijn, dan word je geboren en wordt er voor het leven een psychiater aan je gekoppeld. Sommige dingen in het leven kun je beter zelf doen.’

Binnenkort komt Het tekort van het teveel uit, waarin Damiaan Denys de paradox van de geestelijke gezondheidszorg ontrafelt. En hij spreekt op Brainwash Festival over de mythe van geluk. Damiaan Denys is filosoof en psychiater.

De rugzak

Elk kind dat geboren wordt en niet onvoorwaardelijk bemint wordt door zijn of haar ouders heeft een serieuze handicap voor de rest van het leven. En dat is de afgelopen maanden en weken weer eens gebleken. Wat de aanleiding was voor de zoveelste moeilijke periode doet er niet toe, wat er wel toe doet is hoe je door die handicap reageert op de gebeurtenissen, en die reactie zal voor iedereen anders zijn en hangt af van wat je in je rugzak aan ervaringen  meedraagt.

Gedurende je leven raakt die rugzak steeds maar voller, en wat erin steekt krijg je er nooit meer uit. Toch niet helemaal. Maar gelukkig heb je in de loop der jaren ook wat levenswijsheid meegekregen en ben je ook wat sterker geworden, zodat wat zwaar weegt wat lichter wordt. En je hebt ook wat beter leren omgaan met je handicap, weliswaar met hulpstukken en aanpassingen, maar het is en blijft een handicap die je af en toe blijft parten spelen.

Toen ik destijds vertelnamiddagen verzorgde in het rusthuis, merkte ik, ook al word je honderd, die heel zware en nare ervaringen, die mensen toen ze bijvoorbeeld nog tieners en kind waren meemaakten, steeds weer moesten kunnen verteld worden. En steeds weer kwamen die emoties die ze toen moesten gevoeld hebben weer boven. Het was tegelijk ontroerend en pijnlijk, maar gelukkig was er dan wél iemand om er naar te luisteren, terwijl dat vroeger misschien niet zo was, waardoor het verdriet en gemis nooit verwerkt werd.

Hoe mensen reageren op gebeurtenissen, oordeel niet te snel, maar luister naar hun verhaal en beleef het mee met je hart én het besef dat het waarschijnlijk uit een veel te zware rugzak komt, en jij wellicht door te luisteren, dat rugzakje een stukje lichter kan maken.

Regen

Zaterdag ervaarde ik tijdens een fietstocht iets wat tot dusver zeldzaam was in mijn bestaan: vreugde om je in regen te bevinden. Ik regende goed nat, maar genoot ervan. Het ruikt ook altijd zo lekker in de polder tijdens en na een frisse regenbui. De vogels leken de buien eveneens op prijs te stellen. Ze waren actief en ze waren talrijk. Het was een tocht om in te kaderen, mede dankzij de nattigheid.We zullen de komende week met weemoed aan die buien terug kunnen denken. Er komt weer een hittegolf aan. De zoveelste van de jongste jaren! Eén van de eerste ernstige gevolgen van de klimaatopwarming. ‘Draulans, ge zijt de hete zomer van 1976 al vergeten zeker’, klinkt het dan in kringen van klimaatontkenners. Nee, die zomer ben ik niet vergeten, al was het maar omdat het de enige keer in mijn leven was dat ik een tweede zit had, en in de kelder van mijn ouders met mijn voeten in een emmer water moest blokken om hem door te komen. Ik raakte met mijn vrienden op het Landgoed De Utrecht, net over de grens met Nederland, ook ingesloten door een heidebrand tijdens pogingen om hem te blussen. Een zomer om nooit te vergeten, ik zei het al!

Maar hij was een oprisping van uitzonderlijke weersomstandigheden, zoals we er nog wel zullen kennen. Er zullen nog koude winters komen, hoewel we bijna een halve eeuw na 1976 met een compleet ander verhaal zitten: een verhaal van snel veranderende weersomstandigheden als gevolg van de door de mens veroorzaakte klimaatopwarming. Een verhaal van veel problemen, zie de huidige hittegolf op de oostkust van de Verenigde Staten en de strijd tegen bosbranden en overstromingen op veel plekken in de wereld. Dat de tien jaren met de warmste geregistreerde globale temperatuur stuk voor stuk de jongste twaalf jaar zijn gemeten is veelzeggend. Het wordt heet op onze planeet!

Waar blijft Jean-Marie Dedecker met zijn gebral over de voordelen van de klimaatopwarming als meer terrasjesweer en langere groeiseizoenen voor de landbouw als de mensen kreunen onder temperaturen van tegen de 40 °C en boeren de taalgrens moeten oversteken om water voor hun gewassen te kunnen oppompen? Waar blijven de technologische oplossingen van de naïeve vooruitgangsoptimisten (genre filosoof Maarten Boudry) die geen enkele vorm van inzicht hebben in de complexiteit van het systeem waar we tegen moeten opboksen? Er is geen ruimte meer voor zelfs maar de minste vorm van aarzeling.

Ook voor de natuur zal de opeenvolging van hittegolven een ramp worden. Op veel plekken in Vlaanderen en Nederland staan vennen, poelen en beken nu al kurkdroog. In mijn polder drogen de kreken langzaam op. Het zijn signalen waar veel mensen (politici inbegrepen) helaas nog niet wakker genoeg van liggen, hoewel ze slechts de voorbode zijn van wat er komen gaat. We zullen ons schrap moeten zetten de volgende decennia. Hopelijk zullen we af en toe nog kunnen genieten van een zalige regenbui.

Dirk Draulans – Facebook – 22.07.2019

Zondagsrust

Slapen tot de noen spaart een maaltijd uit, en misschien ook kilo’s! Ik ben wel pas na middernacht gaan slapen, en heb nog wat genoten van een paar steengoede dvd’s van Agnès Varda.

Mijn katten zagen wel scheel van den honger, maar ik heb ze nu eens extra verwend en ze zijn al terug buiten, waar het zonnetje heerlijk schijnt en de vogeltjes aan de bomen “hangen”. Zelfs dat roodborstje doet vrolijk mee, terwijl ik dacht dat dat zich alleen in de winter liet zien.

Vrolijke zondag nog, en geniet van de zondagsrust!

https://www.nrc.nl/nieuws/2019/03/29/films-die-de-tranen-uit-je-ogen-kussen-a3955113

Zondagimpressie

het is ochtend en de dag zal klaren
als een feestelijk carillon. met de nacht
nog in je haren en een lach op je lippen
zeg je heerlijk niets.
zeg je alles van houden van.

zal ik je kleuren met vleugjes Vivaldi?
Of mag Bach?
Of gaat dat net iets te…
zal ik verdrinken in je blauwe kijkers,
te mooi om waar te zijn?

om je slanke handen het prevelgebed.
als een bruidje breek je het brood.
ik dagdief me naar je toe, al besta jij enkel
uit zondag en ben ik slechts jouw weekdier.
we wachten niet op de kat op de koord.

er is broodkruimeltjesliefde met koffie na.

Guy Aarts