De Logica

Heeft iemand
de Logica gezien,
want ze is verdwenen?

Heeft iemand
de Logica ontmoet,
want ze is onvindbaar?

Heeft iemand
de Logica gesproken,
want niemand heeft
haar dezer dagen
nog gehoord?

Heeft iemand
de Logica gevonden,
en hopelijk leeft ze nog?!

Micheline Baetens – 29.09.2020
(Met dank aan corona voor de inspiratie)

Naastenliefde is ook eigenliefde

De enige juiste beweegreden om iets voor anderen te doen, is dat je de miserie die hen overkomt verschrikkelijk vindt en indien je niets zou doen, die nog verschrikkelijker zou vinden. En iets doen, kan je altijd.

Naastenliefde is dus ook eigenliefde.

Indien ik je dragen kon
Indien ik je dragen kon
over de diepe grachten
van je gesukkel en je angsten heen,
dan droeg ik je.
uren en dagen lang.

Indien ik de woorden kende
om antwoord te geven
op je duizend vragen over leven, over jezelf,
over liefhebben en gelukkig worden,
dan praatte ik met je,
uren en dagen lang.

Indien ik vrede in je hart kon planten
door geduldig te wachten en te hopen
tot het zaad van vrede in je openbrak
dan wachtte ik,
uren en dagen lang.

Indien ik genezen kon wat omgaat in je hart
aan onmacht, ontevredenheid
en onverwerkt verdriet,
dan bleef ik naast je staan,
uren en dagen lang.

Maar ik ben niet groter, niet sterker dan jij
en ik weet niet alles en ik kan niet zoveel…….
ik ben maar een vriend op je weg,
Al uren en dagen lang.

En ik kan alleen maar hopen dat je dit weet:
je hoeft nooit alleen te vechten of te huilen
als je een vriend hebt
voor uren en dagen lang !

Marcel Weemaes

BOEK: Wijs, grijs en puber

Jean Paul Van Bendegem: “Het is tijd voor seniorenprotest”

Jean-Paul Van Bendegem
 Thomas Sweertvaegher Jean-Paul Van Bendegem
Wie 65-plus is wordt betutteld, buitenspel gezet of gereduceerd tot een kostenpost van de vergrijzing. En dat mag wel eens ophouden, zo betoogt wetenschapsfilosoof Jean Paul Van Bendegem (67) in zijn vurig pamflet Wijs, grijs en puber. “Het is tijd voor seniorenprotest”, vertelt hij aan De Morgen.

Herhaaldelijk rinkelt tijdens ons gesprek de bel in het Gentse bel-etagehuis van Jean Paul Van Bendegem. Een pakjesbezorger levert vers gedrukte exemplaren van zijn nieuwe boek, die de emeritus in de logica, wiskunde en wetenschapsfilosofie glunderend uit de doos grist. Niet veel later belt de fotograaf aan en host hij opnieuw de steile trap op en af. Dat doet hij gezwind en energiek.

Misschien omdat hij deze specifieke trap al jaren kent? Want in zijn nieuwe boek staat: “Als jongere mens stormde ik trappen op, twee treden per keer, indien echt nodig zelfs drie. Op dit ogenblik ben ik nog niet oud genoeg om trappen per trede op of af te gaan. Daardoor zit ik halverwege, op ‘anderhalve’ trede. Wat is het onvermijdelijke gevolg? Ik struikel af en toe omdat ik even terugval in het tweetredenscenario en mij dan meteen herpak naar het ééntredescenario, maar die overgang verloopt niet vlot.”

Waren uw eigen beginnende ongemakken met ouder worden de aanleiding voor dit boek?

(lacht) “Deels wel. Vanaf midden de zestig kom je in een andere dimensie terecht. Je lichaam hapert wat, de buitenwereld gaat je anders bekijken en je wordt afgesneden van het zogenaamde ‘actieve’ leven. Tijdens mijn laatste twee jaar aan de VUB liet zich dat al merken. Ik was 62 en wilde een aanvraag doen bij het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) voor een doctoraat. Maar dat kon niet meer want een doctoraat duurt vier jaar. Dat was schrikken. Hoeveel geld je kan binnenhalen is een van de grote parameters in de academische wereld. Oei, ik mag het spel niet meer meespelen, dacht ik.

“Maar zelf heb ik geluk. Ik heb een mooi pensioen en ik ben nog voor 10 procent verbonden aan de VUB om les te geven. En ik ben af van de competitiestrijd en de administratieve rompslomp aan een universiteit. Ook geef ik nog altijd veel lezingen. Niet iedereen heeft die kansen nog. Plots voel je je  dan ‘nutteloos’. En mensen gaan je anders benaderen, alsof je niet meer mee bent. Ze nemen je telefoon uit je handen omdat ze denken te moeten tonen hoe die werkt.”

Is het echt zo erg?

“Ja, dat is de basishouding tegenover senioren. Op Wikihow staat zelfs een handleiding met als titel: ‘Hoe voer je een conversatie met oudere mensen?’ Toen ik eens zonder ticket op de trein Gent-Brussel gestapt was omdat dat altijd de lijn was waar ik een abonnement voor had, legde ik dat uit aan de conducteur. Tot mijn uiterste verbazing ging hij mij luider en trager toespreken. Ik voelde me toen erg opstandig. Als een puber. Dat idee ben ik gaan verkennen en zo heb ik ontdekt dat er erg veel gelijkenissen zijn tussen senioren en pubers. Ouder worden is helemaal niet langzaam uitdoven. Het is heftig en intens. Per toeval werd ik eens gevraagd om een lezing te geven over het thema. Hoewel dat wat onwennig was, merkte ik dat mijn visie een gevoelige snaar raakt bij een seniorenpubliek en ook bij zorgverleners. Vandaar dit boek.”

Jean Paul Van Bendegem
 Thomas Sweertvaegher Jean Paul Van Bendegem

Hoezo zijn senioren net pubers?

“Fysiek verandert je lichaam zonder dat je er controle over hebt. Ik slaap nu minder maar heb vaker een dutje overdag nodig. Plots moet ik vaker plassen door een vergrote prostaat. Seksualiteit moet je herontdekken. Dat geeft stunteligheid en onkunde. Zowel als het over pubers gaat als over senioren bekijkt de buitenwereld seks als taboe.

“En de wilde stormen in het puberbrein zijn bekend, maar dat is bij senioren niet anders. Het cliché wil dat een ouder brein aftakelt. Maar onderzoek toont dat het nog veel nieuwe verbindingen aanmaakt en nog volop verandert. Sommige elementen verzwakken, andere versterken. Zo weten we nu dat het geheugen niet zozeer verzwakt maar dat er verschuivingen zijn. Informatie die voor jou belangrijk is, onthoud je goed. Senioren twijfelen wel vaker aan de bron van bepaalde informatie maar niet aan het waarheidsgehalte. Ook blijkt dat ouderen beter goede strategieën kiezen om een specifiek probleem op te lossen, wat natuurlijk te maken heeft met levenservaring.

“De sterkste overeenkomsten is wellicht de onzekerheid over de toekomst. Plots ligt alles open en weet je niet waar je binnen een paar jaar zal staan, zitten of liggen. En met wie. Alles lijkt mogelijk, zowel fijne als vreselijke scenario’s. Je bent vreselijk benieuwd, maar ook erg onzeker. Omdat alles vanaf nu de laatste keer kan zijn, zie je bij senioren ook vaak een soort zottigheid, de zin om grenzen af te tasten.”

U noemt het een ‘tweede puberteit’?

“Inderdaad. Ik doel niet op krampachtig willen vasthouden aan je jeugd. Dat kan alleen maar eindigen in frustratie. Maar het is een periode waarin je je geen blijf weet met de vele veranderingen die je overvallen. Er is geen handleiding en de buitenwereld lijkt je niet te begrijpen.

“Bovendien wordt er in het publieke debat over onze hoofden heen gesproken, wat kinderen en pubers ook overkomt. De kosten van de vergrijzing, de pensioenleeftijd, medische ontdekkingen om het leven  te rekken. Veel actuele debatten raken de senior, maar hij komt zelf weinig of niet aan bod.

“Na je vijftigste heb je nauwelijks nog kansen op de arbeidsmarkt. Maar gepensioneerden zijn zogezegd te duur, terwijl ze een heel leven werkten voor een pensioen. In jullie krant vroeg RTL-journalist Maarten Veeger zich zelfs af of het niet zinvol zou zijn om ouderen hun stemrecht af te nemen. En terwijl het vaak gaat over wat een last senioren zijn, lezen we ook hoe de wetenschap steeds meer ziektes overwint en hoe onsterfelijkheid mogelijk zou worden. Je blijft dan verweesd achter met de vraag: Wat willen ze nu eigenlijk van ons? Zijn we nog welkom of lopen we in de weg?

“De coronacrisis toont het ook. Het gaat de hele tijd over ouderen, maar ze komen zelf nauwelijks aan het woord. Je hoort zelfs dat het niet noodzakelijk een slechte zaak is dat ‘het dorre hout wordt gesnoeid’ en dat ‘de natuur alleen maar haar werk doet’.”

Jean-Paul Van Bendegem
 Thomas Sweertvaegher Jean-Paul Van Bendegem

Virologen kregen al de wind van voor omdat ze suggereerden dat we ouderen extra moeten afschermen. Vanuit hun standpunt bekeken lijkt dat wel logisch, toch?

“Als wetenschapsfilosoof besef ik dat de exacte wetenschapper abstract denkt. Dan lijkt het logisch een streep te trekken tussen de groep die veel risico’s loopt en de anderen. Maar wij zijn geen moleculen in een petrischaal. Die objectivering van de oudere maakt mij kwaad. Mijn fantasie slaat dan ook op hol. Gaan ze ons allemaal verzamelen en in Center Parcs stoppen?”

Waarom roept u senioren op tot burgerlijke ongehoorzaamheid?

“Om al die redenen samen. Als senioren pubers zijn, dan kan de rest van de wereld er maar beter rekening mee houden dat ze opstandig, vervelend en irritant zullen zijn. Niet alleen omdat ze geen blijf weten met zichzelf, maar ook omdat de perceptie over de senior zo scheef zit. Met mijn pamflet roep ik hen op om zich te laten horen, tegenwicht te bieden.

“Met burgerlijke ongehoorzaamheid bedoel ik zeker niet gebouwen beschadigen of strafbare feiten plegen. Het is meer een houding. Dat kan ook in taal, met woorden. Wanneer iemand opmerkt dat ik wellicht een mooi ambtenarenpensioen heb, antwoord ik: ‘Basisinkomen, zul je bedoelen’.

“Het gaat erover die foute denkbeelden over de oude uitdovende opaatjes en omaatjes te bestrijden. Een prachtig voorbeeld staat in De eeuw van mijn vader van Geert Mak. Zijn vader is terminaal maar vraagt in het ziekenhuis iets te eten. Dat krijgt hij; maar de arts zegt: ‘U beseft toch dat u in de laatste trein zit’? Hij antwoordt: ‘Ja, maar dan wel in de restauratiewagen.’ Ik pleit trouwens voor de nieuwe term ‘grijsisme’.”

Pardon?

“Racisme en seksisme zijn bekend, maar in onze taal hebben we geen woord voor wat in het Engels ‘ageism’ heet, discriminatie op basis van leeftijd. ‘Grijsisme’ lijkt me een goede optie. (lacht) ‘Met die uitspraak bent u een grijsist, mevrouw’.”

Denkt u aan actiegroepen die protesteren?

“Waarom niet? Zelf vind ik het protest van tachtiger Jane Fonda (die opgepakt werd bij klimaatprotesten, BDB) erg inspirerend en ben ik ambassadeur van Grootouders voor het Klimaat. Het staat mij tegen dat er soms vijandigheid tussen generaties wordt aangewakkerd. Dat komt omdat er eenzijdig gedacht wordt vanuit de zogenaamde ‘actieven’. Die generatie maakt aan beide kanten kosten, voor de kinderen en voor de oudjes. Maar we moeten vanuit zeker drie generaties denken. Dan zie je dat er in alle richtingen gegeven en genomen wordt en kan worden. En dat jongeren en ouderen misschien het best samenspannen als ze meer gehoord willen worden.

“Zeker als het over klimaat gaat, is dat logisch. De toekomst van jongeren komt in het gedrang en ondertussen is het onder senioren dat hier de eerste klimaatdoden vallen. Door de laatste hittegolf was er een oversterfte van 1.100 mensen in ons land en het gros waren ouderen.”

Waarom besteedt u in uw boek ruim aandacht aan het verschil tussen wetenschappelijke kennis en ‘wijsheid’?

“Omdat het brede publiek een onrealistisch beeld heeft van de wetenschap. Het wordt gezien als de allerhoogste vorm van kennis, waarbij alles beantwoordt aan vaste procedures en wetmatigheden, terwijl we wijsheid onderschatten. Griekse filosofen zoals Plato beschouwden beide als evenwaardige vormen van kennis. Maar vandaag wordt wetenschap op een voetstuk geplaatst en doen we meewarig over wijsheid.”

De coronacrisis toont iedereen nu toch hoe wetenschap vooral zoeken, missen en opnieuw beginnen is?

“Gelukkig. Eindelijk zien we de backstage van het toneel. Zelfs in de wiskunde, de tak van de wetenschap waarin waarheden het meest vaststaan, is er nu al twee jaar discussie over één enkele stelling. Het is cruciaal dat we niet te veel ontzag hebben voor grote waarheden en abstracte fundamenten en dat we ons telkens, geval per geval, moeten afvragen wat in de praktijk de beste keuze is, gebaseerd op goeie argumenten.”

Wat is wijsheid en waarom hebben senioren daar per se meer van?

“Wijsheid is geen wazige tegelspreuk, maar door praktische kennis en ervaring weten hoe je met wetenschappelijke kennis moet omgaan en hoe je ze moet toepassen. Behendig een lamp vervangen, stoelt op een stuk theoretische maar ook praktische kennis en ervaring. Een goede huisarts past de theorie anders toe bij verschillende patiënten. Wijsheid wordt vaak gezien als tegenpool van wetenschappelijke kennis. De harde data versus het ongrijpbare buikgevoel. Maar ze is evenwaardig aan wetenschappelijke kennis en beide hangen samen. Dat wisten de Grieken, wij zijn dat vergeten.

“En omdat senioren al langer leven, hebben zij al veel vaker moeten uitzoeken hoe theoretische kennis te vertalen in praktische toepassingen die het best zijn voor hen, in specifieke situaties. Daarom zou ik het mooi vinden, mochten de kennis en de wijsheid die senioren bezitten doorgegeven worden aan jongeren. Vroeger ging wie een stiel leerde in compagnonnage bij iemand met erg veel ervaring. Nu zetten we senioren buitenspel. Dat is jammer. Hun wijsheid is erg waardevol.”

Jean-Paul Van Bendegem
 Thomas Sweertvaegher Jean-Paul Van Bendegem

Bent u zelf ook al bezig met de laatste levensfase?

“Het is maar sporadisch dat ik eraan denk. Bijvoorbeeld wanneer ik een lezing geef in een woon-zorgcentrum. Dat is zo confronterend dat ik telkens echt een drempel over moet. Ik ben vooral bang om de taal en verstandelijke vermogens kwijt te spelen. Daarom hoop ik op een plotse dood. En net zoals Hugo Claus en Etienne Vermeersch ben ik daarom blij dat euthanasie bestaat in dit land. Dat kun je plannen en dan kun je nog afscheid nemen.”

Wat hoopt u met dit pamflet te bereiken?

“Meestal is het publiek uitgelaten na mijn lezing over het thema. Ik hoop dus bij nog veel meer ouderen minstens een glimlach te veroorzaken. Ik zou blij zijn mocht het hen aanzetten om meer weerwerk te bieden tegen al die clichés. Dat meer en meer senioren maar eens een Jambonneke doen en op de zoveelste betuttelende uitspraak reageren met ‘Da gade gij nie bepale’.” (schaterlach)

Wijs, grijs en puber. Academic Scientific Publishers. 199 pagina’s, 18,50 euro.