Isoleren

Tegenwoordig moet alles geïsoleerd worden om energie te besparen, alleen de mens, een mens, mag zich niet isoleren want dat zou niet goed voor je zijn, terwijl Jean-Paul Sartre al wist dat de hel de anderen zijn.

Jezelf isoleren van de wereld is trouwens haast onmogelijk geworden. Zelfs ik, die haast nooit buiten komt en onder de massa, lukt het niet, als ik dat al zou willen.

Want eigenlijk zit ik middenin de wereld. Ik lees dagelijks drie kranten, kijk televisie, zit voor alles en nog wat op internet, heb zelfs een blog waarop regelmatig gereageerd wordt en dat de wijde wereld afreist.

Ik slaag er zelfs nog in, vanuit mijn heremiet status, de mensen te ergeren en te verblijden. En anderzijds slaagt de buitenwereld er perfect in om mijn gemoedsrust te verstoren en zelfs tijdelijk te ontnemen, om nog maar te zwijgen over mijn nachtrust en gezondheid. Ik kan zelfs verliefd worden vanachter mijn scherm!

We isoleren dus ons huis opdat er geen energie zou verloren gaan. Wel, hetzelfde geldt voor de mens. Isoleer jezelf, zeker af en toe, zodat er geen energie verloren gaat aan nare invloeden van buitenaf, want tegenwoordig dringt d wereld binnen langs alle mogelijke spleten en kieren van je bestaan. Wees een kluizenaar! Isolement toelaten in je leven is meer dan ooit nodig om je evenwicht te bewaren in een doorgedraaide wereld.

Wie authentiek en kort bij zichzelf en de eigen betrachtingen en voorkeuren wilt blijven, blijft best een gezellige einzelgänger met een eigenzinnige open kijk op de eigen leefwereld en die van de vele anderen om hem of haar heen.

Als ik ’s avonds

Als ik ’s avonds
de katten binnen roep
en de doorgedraaide wereld
aan de gesloten deur
achterlaat,
lopen mijn gedachten
de nacht in
op zoek naar
de gemoedsrust
die mij overdag
ontstolen werd
door dadendrang
en prestatiedruk,
harteloze domheid
leugens en bedrog
en de uiterlijke schijn
van het eigenbelang.

Door het kamerraam
zie ik de lichten
van het spoor
en als de katten
dicht tegen mij aan spinnen,
sterft langzaam
die wereld
een zachte dood.

Micheline Baetens – 28.09.2019

Vader en zoon

Morgen mogen ze alle drie naar huis, bij Cartouche, die natuurlijk ook zeer nieuwsgierig is om kennis te maken met haar nieuwe huisgenoot.

De mama herstelt nog een beetje en die foto’s volgen later, als ook zij terug op haar best is.

Maar nu eerst vader en zoon. En kijk ze hebben al de juiste outfit gevonden voor Reinaert, en ik heb ondertussen ook al het geschikte speelgoed voor hem kunnen versieren.

Avec le temps…

Als ik ’s avonds
de katten binnen roep
en de doorgedraaide wereld
aan de gesloten deur
achterlaat,
lopen mijn gedachten
de nacht in
op zoek naar
de gemoedsrust
die mij overdag
ontstolen werd
door dadendrang
en prestatiedruk,
harteloze domheid
leugens en bedrog
en de uiterlijke schijn
van het eigenbelang.

Door het kamerraam
zie ik de lichten
van het spoor
en als de katten
dicht tegen mij aan spinnen,
sterft langzaam
die wereld
een zachte dood.

Micheline Baetens – 28.09.2019

Drammen over het klimaat

Drammen over het klimaat: irritant misschien, maar keihard nodig

Ruben Jacobs
Cultuursocioloog

Brainwash – 28.09.2019

Soms denk ik wel eens: zouden mensen mij irritant vinden? Altijd dat fanatieke gepraat en geschrijf over het klimaat en milieu. ‘Heb je hem weer met zijn klimaatgedram’, hoor ik mijn vrienden, familie, kennissen en online netwerk al in mijn hoofd zeggen. Vaak probeer ik me dan ook in te houden. Dat lukt maar zelden. Meestal overheerst de drang om mensen wakker te schudden, te motiveren om in beweging te komen. Het gesprek aan te gaan.

Ik doe dit alles eerlijk gezegd niet omdat ik nu zo ontzettend veel geef om smeltende gletsjers, wegkwijnende koraalriffen, bedreigde of uitstervende diersoorten (begrijp mij niet verkeerd: ik hou van de natuur). Nee, mijn primaire motivator is puur eigen belang. Dat wil zeggen: mijn eigen toekomst, die van mijn zoon, zijn moeder, familie, maatjes, lieve buren en collega’s, enzovoort. Kortom: alle mensen waar ik om geef, ook diegene die ik niet ken maar waar ik mij wel solidair mee voel. Noem het antropocentrisch, maar mijn grootste zwakte is nog steeds de (mede)mens.

‘I would never go to jail to protect animals or plants or wilderness. For me, it’s about the people’, zei de beroemde Amerikaanse milieuactivist Tim DeChristopher ooit als antwoord op de vraag wat hem motiveerde om 22.000 hectare inheems land te redden uit de klauwen van de olie-industrie. Tijdens een ‘openbare’ veiling wist hij de boel flink te verstieren door alles op te kopen zonder een cent op zak. Hij ging er twee jaar de cel voor in. Noem het moedig, noem het gek. Maar zijn statement is mij altijd bijgebleven. Niet alleen omdat ik het sentiment erken, maar vooral omdat het zo indruist tegen het clichébeeld van de misantropische milieuactivist die de barricade opgaat voor moeder natuur, en weinig oog heeft voor zijn soortgenoot. Want dat is een valse tegenstelling; wie strijd voor behoud van een gezond milieu en klimaat, strijd tegelijkertijd ook voor de mens.

Ben ik té radicaal geworden? Of leven we in radicale tijden? Ik dram in ieder geval niet omdat ik wil dat mensen worden zoals ik. Ik dram omdat ik met ze wil samenwerken, wil weten wat ze drijft en waarvoor ze bereid zijn te vechten. Ik dram ook voor mijn vaderland. Dit kikkerlandje dat zo ongelooflijk kwetsbaar is door de toenemende zeespiegelstijging, dat het hoogste aantal kinderen heeft met astma door uitlaatgassen, waar we onderaan alle lijstjes van het behoud van biodiversiteit bungelen, en waarvan de huidige regering nog steeds BV Nederland boven BV Leven plaatst. Ik dram voor de toekomst van mijn land (en daarmee ook van de wereld).

En, ik kan je vertellen: wie begint met drammen ontmoet snel veel mede-drammers. Afgelopen jaren heb ik allerlei inspirerende mensen ontmoet die allemaal op hun eigen manier drammers zijn. Ik heb boeren ontmoet die zich zorgen maken over hun gewassen en zich daarover stevig uitspreken, kunstenaars die hun mede-kunstenaars oproepen om hun artistieke talent in te zetten, goedgeluimde burgers die dorpsgenoten overhalen om ook klimaatneutraal te worden, vaders en moeders die bereid zijn een nachtje de cel in te gaan om daarmee aandacht te vragen voor de dreigende klimaatcatastrofe en bezorgde grootouders die slecht ter been zijn, maar vanachter hun computer geweldig werk doen. En ga zo door. Dat zijn de mensen die mij inspireren, en waar wij als Nederlanders trots op zouden moeten zijn.

‘De wereld heeft nog nooit een bedreiging voor de mensenrechten van deze omvang gezien’, verkondigde VN-commissaris Michelle Bachelet afgelopen week toen ze over de klimaatcrisis sprak. Het benadrukt nog maar eens wat er op het spel staat.

Wat we nu nodig hebben is geen hoop, maar moed. Moed om lawaai te maken, moeilijke gesprekken aan te gaan, prioriteiten te stellen, en ja, inderdaad: te drammen. Want, om in Dylan Thomas’ catharsische woorden te spreken:

‘Do not go gentle into that good night.
Rage, rage against the dying of the light.’

Ruben Jacobs