Je had hem kunnen vermoorden
maar het is ons die je doodsloeg
tegen de muur van je hart,
zoals een nest jonge katten
hun wankele hoofdjes
te pletter slaan,
telkens en telkens weer.
Levens controleren,
mensen de les lezen,
afkeuren en catalogeren,
iedereen in vakjes duwen
en het grote gelijk hanteren
alsof dat van één mens kan zijn.
De kinderen
zijn elkaars bondgenoten,
en nooit de dokters
in die mate,
want zij staan
aan de overzijde,
waar je wel kan begrijpen
maar nooit hoeft te voelen
je leven lang.