Een koningskind

In september 2014 daagde Delphine Boël haar natuurlijke vader, de vroegere koning Albert II van België voor het gerecht, omdat hij haar weigerde te herkennen als zijn dochter, geboren uit een buitenechtelijke relatie. In oktober 2016 werd Albert ten persoonlijke titel opnieuw gedagvaard, en nu in 2018 heeft het gerecht hem verplicht van een DNA staal af te staan, waaruit moet blijken of Delphine al dan niet zijn kind is.

Velen denken dat Delphine dit doet voor de erfenis. Maar ook al is dat zo, dan nog sympathiseer ik met haar, en hoop ik dat ze uiteindelijk haar gelijk haalt en dat krijgt waar ze recht op heeft, en dat is tenminste de waarheid.

De meeste mensen beseffen niet welk een impact dergelijke situaties op het leven van een kind hebben. Ik heb tot mijn twaalfde de naam van mijn moeder gedragen, omdat ze nog niet getrouwd was met mijn vader toen ik geboren werd, en ik kreeg dus het etiket bastaardkind mee. In 1949 waren de wetten anders dan nu, en het is pas een tiental jaar later dat mijn vader mij zijn naam heeft mogen geven, door mij te adopteren. Mijn ganse lagere schooltijd heb ik moeten uitleggen waarom ik de naam van mijn moeder droeg en iedereen er van moeten overtuigen dat mijn vader wel degelijk mijn vader was. Zoiets “vormt” je als kind, en wel voor de rest van je leven. Een outsider was je, en blijf je. Gelukkig maar, kan ik nu relativerend zeggen.

Ik heb dus tot mijn twaalfde jaar Micheline Caron gegeten, en sommige mensen in mijn familie of oud-leerlingen van de school vergissen zich nog altijd, en noemen mij nu nog altijd verkeerdelijk zo. Ik heb ooit, toen ik al lang getrouwd was, nog correspondentie gekregen op die naam.

Op de trouwboek van mijn ouders stond ik als een geadopteerd kind, zodat je je uitleg moest blijven doen. Misschien dat ik daardoor zo mondig geworden ben, omdat ik het altijd moest uitleggen, willen of niet!

Hoe de vork juist in de steel zat gingen mijn ouders mij pas vertellen na mijn plechtige communie. Dus toen ik anderen moest overtuigen, zat ik zelf nog met veel vragen en dat maakte het des te moeilijker en waarschijnlijk werd ik daardoor ook niet altijd geloofd. In school ik werd wel heel goed opgevangen door de leerkrachten.

Een outsider, een buitenbeentje, een beetje anders, een vechtertje… is ideaal om af en toe eens op te vallen tussen de grote hoop, want wie wil er nu immers niet graag af en toe een speciaal kind gevonden worden, en het hoeft daarom niet eens een koningskind zijn?!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *