Hoe kan het denken ons een richting geven in de wereld van vandaag, waarin verstandige reflectie verder weg lijkt dan ooit?
Deze vraag pakt Markus Gabriel op in zijn boek ‘De zin van het denken’. Hij laat de lezer zien op welke manier filosofisch nadenken ons kan wapenen tegen de stroom van propaganda, nepnieuws en andere onzin die ons dagelijks overspoelt via de sociale en andere media.
Hij laat zien op welke manier echt denken verschilt van de logica die aan deze uitingen ten grondslag ligt. Kunstmatige intelligentie is volgens Gabriel nadrukkelijk zonder intellect. Gevoeligheid voor het verschil tussen beide vormen van intelligentie maakt ons weerbaar tegen de macht van data, informatie en technologie.
Voor Gabriel is denken een zintuig. Net als horen, zien, proeven en voelen, betasten wij al denkend de werkelijkheid. Het is deze specificiteit van het denken die tegenwoordig in de vergetelheid is geraakt doordat denken doorgaans wordt geduid in termen uit het techno-wetenschappelijke discours. Volgens Gabriel doet dit het denken ernstig tekort en is het van levensbelang te achterhalen wat denken eigenlijk is, alleen op die manier voorkomen we dat we het slachtoffer worden van de digitalisering en veranderen in hopeloze info-junks en technozombies.
Markus Gabriel (1980) is de jongste hoogleraar filosofie die ooit in Duitsland werd benoemd. Hij werkt aan de Universiteit Bonn en publiceert zowel wetenschappelijke filosofische werken als meer populair wetenschappelijke boeken. In Nederland was hij een van de filosofen van de G8, de door Filosofie Magazine georganiseerde bijeenkomst met de acht belangrijkste filosofen van vandaag.