GEDICHTENDAG 2019

Zoals elk jaar is het ook dit jaar op de laatste donderdag van januari Gedichtendag. Dit jaar is het thema van de gedichten “Vrijheid”. Kunnen schrijven en zeggen wat je wilt, dat is er één aspect van, en gelukkig ben ik al zo ver. Doen en laten ook, en ik mag ook hierbij niet klagen. Vrijheid is vooral je gezondheid, en gelukkig is die er nog. Dus leve de vrijheid!

Liefde

Mooie woorden, maar ook liefde lijkt, zoals bijna alles vandaag de dag, verworden tot een consumptieproduct, een wegwerpartikel.

Ga naar een pretpark en je beleeft dezelfde sensaties die je tegenwoordig dient te ondervinden als je de liefde gevonden hebt: avontuurlijk, gedurfd, ongewoon, spannend, kortstondig, vluchtig, onzeker,…

Geef mij dan maar liever een goed boek met een prachtig verhaal, ook al heb ik het al gelezen, beduimeld, met gekreukte bladzijden en ezelsoren, maar wel waard om herlezen te worden. Maar aan de liefde, neen hoor, daar waag ik mij niet meer aan, want die is te werelds geworden.

Gelukkig heb ik wel gedurende mijn jonge, en ook wat oudere jaren, een paar mooie liefdesverhalen mogen beleven. Dus ik weet wel hoe het voelt, als je in de liefde gelooft. En daar ben ik dankbaar voor, want het zijn heerlijke herinneringen, waarvan ik ondertussen weet dat niet iedereen ze heeft.

Soms zijn mensen niet eens verliefd geweest en hebben ook nooit liefdesverdriet gekend. Ik meermaals en altijd was het de moeite waard. Kortstondig meestal, veelal niet beantwoord, en eerder onmogelijk zoals in dit oude gedicht.

Wanneer de nacht (voor GSD)

Wanneer de nacht
Een droom schonk
Met een onuitsprekelijk weerzien
Waarbij ik de warmte
Van je nabijheid voelde
En zag hoe je veranderd was,
Jonger en onzeker,
Stiller en eerlijker,
Heb ik geluk gehad,
Ongevraagd en geheel gratis.

Dan wil ik
De volgende dag
Naar je toegaan
En weer ongelukkig worden.

Micheline Baetens

Zoals te merken is, weet ik nog voor wie ik het geschreven heb en ook wanneer. Het moet rond mijn dertigste geweest zijn, en het was dus een onmogelijke liefde, want ik was gehuwd.

Maar de liefde hou je niet tegen, je gevoelens in elk geval niet, die zijn wat ze zijn. Naarmate je ouder wordt ga je daar wel anders tegenaan kijken, verdwijnt de dramatiek en de romantiek, en ook de schuldgevoelens. Wat overblijft zijn de zoete herinneringen en de blijdschap, dat je ooit iets hebt beleefd waar je nu van merkt dat het je in staat stelt om voldaan en zonder spijt ouder te worden.

Love means to commit oneself without guarantee, to give oneself completely in the hope that our love will produce love in the loved person. Love is an act of faith, and whoever is of little faith is also of little love.

The Art of Loving – Erich Fromm

Onderwijs van de toekomst

Onderwijs van de toekomst: leren zien hoe alles met elkaar samenhangt
Brainwash – Ruben Jacobs – 25.01.2019

In 1949 schreef de Amerikaanse ecoloog Aldo Leopold een essay met de prikkelende titel Thinking Like a Mountain. Als natuurbeheerder werkte hij in diverse natuurparken in het land. Een van zijn taken was de wolvenpopulatie klein houden, wat in feite betekende dat hij op wolven jaagde. Want, zo luidde de heersende gedachte toen: hoe minder wolven, hoe meer herten om op te jagen.

Al snel realiseerde Leopold zich dat dit tot allerlei onvoorziene problemen leidde. Door de sterke afname van wolven in een van de gebieden waar hij zijn werk deed, konden de herten zich snel vermenigvuldigen en de vegetatie die aan de zijkant van de berg groeide, opeten. Toen de vegetatie grotendeels was verdwenen, verdwenen ook andere planten en dieren in rap tempo uit het gebied. Ook vergrootte het verdwijnen van vegetatie op de hellingen van de berg het gevaar voor destructieve aardverschuivingen. Kort samengevat: het hele ecosysteem van de berg veranderde toen de wolven niet langer of in onvoldoende mate aanwezig waren.

Moraal van het verhaal: als je niet leert ‘denken als een berg’ en dus volledige kennis en waardering hebt voor de diepgaande verwevenheid van de elementen in het ecosysteem, vernietig je uiteindelijk de omgeving waar je zelf ook afhankelijk van bent.

In plaats van te denken als een geïsoleerd individu, is dit ‘denken als een berg’ een oefening in het jezelf (ver)plaatsen in een geheel ecosysteem, in een ingewikkeld web van onderlinge afhankelijkheden. Vervang vervolgens ‘berg’ voor ‘planeet’ en je bent in de 21e eeuw. Denken als een planeet. Zou dat niet een mooie metafoor zijn voor het onderwijs van de toekomst? Holistisch leren denken en doen? Niet in de esoterische zin van ‘alles is met elkaar in harmonie’, maar eerder in de trant van ‘alles werkt op elkaar in en het kan er behoorlijk hard aan toe gaan’. Ecologie betekent in dat geval dan ook meer dan alleen natuurlijke processen, maar moet dan gezien worden als de interactie tussen het organische (mensen, dieren, planten, klimaat etc.) en het niet-organische (kunstmatige intelligentie, plastic etc.) en alles daar tussenin. Dit klinkt wellicht nog wat abstract en dat is het ook. Maar je moet ergens beginnen. Laat ik daarom afsluiten met dit beeld:

Je zit met je gehele lichaam vast aan een kolossaal netwerk van elastiek. Sommigen draden zijn dik, anderen flinterdun. Zodra je probeert te bewegen spannen de elastieken aan de kant waarvan je vandaan loopt, terwijl ze aan de andere kant los beginnen te hangen. Je kunt niet uit het netwerk, het enige wat je kan doen is meedeinen met de dynamiek van het elastiek.

Dit is, als je het mij vraagt, wat het betekent om in de wereld te zijn. Je bent niet vrij, maar je hebt wel bewegingsvrijheid. Je bent, of je het wilt of niet, permanent verbonden met de wereld om je heen – met de biosfeer, met cultuur, geschiedenis en natuurlijk wifi. Dit is het krachtenveld van het elastiek. De kunst is om je bewust te worden van dat kolossale netwerk. Niet om jezelf eruit te bevrijden, maar om erin te leren bewegen. Hoe eerder je ermee begint, hoe makkelijk het wordt.

Blue Monday en depressie

Blue Monday is een verzinsel. En toch is het goed om het over depressie te hebben

Brainwash – Daan Roovers – 22.01.2019

Vandaag is het Blue Monday, de meest deprimerende dag van het jaar. Althans, dat besloot pr-bureau Porter Novelli in 2005. Zij verzonnen deze dag om reisbureau Sky Travel te helpen om meer vakanties te verkopen en gaven het een wetenschappelijk sausje door psycholoog Cliff Arnall te laten beweren dat hij dit met een formule had uitgerekend. We vragen filosoof Daan Roovers of er, ondanks de shady totstandkoming van deze dag, iets in zit.

‘Blue Monday is een willekeurig uitgekozen dag (de derde maandag van januari), die zo derprimerend zou zijn vanwege net mislukte voornemens en vakanties die nog ver weg lijken. Je zou kunnen zeggen dat dit tot inflatie van het begrip depressie leidt omdat we allemaal wel eens een blue day hebben, maar het is de afgelopen jaren juist ook een hele effectieve manier gebleken om aandacht voor het onderwerp te genereren. Depressies zijn nog altijd een taboe en zo’n dag geeft aanleiding om het onderwerp te bespreken, wat mensen ertoe aan kan zetten om hulp te zoeken.’

Wat leert de filosofie ons over depressie?

‘De Koreaans-Duitse filosoof Byung Chul Han schrijft in De vermoeide samenleving dat ieder tijdperk zijn eigen ziekten heeft, en de 21e eeuw in het teken staat van psychische aandoeningen als depressie, adhd, borderline en burn-outs. Hij laat zien dat het voor ons nauwelijks nog mogelijk is om naar factoren buiten onszelf te wijzen voor ons sombere gevoel, vanwege de prestatiedruk die we onszelf opleggen. We leven allemaal in de prestatiesamenleving, waarin we onszelf constant aanmoedigen om kansen te grijpen en mogelijkheden zien. Maar als het even wat minder lekker loopt, slaat dit in z’n tegendeel om, zodat je ook je eigen falen creëert.’

‘In onze liberale samenleving is de mens vrij – ook vrij om zichzelf uit te buiten. Je bent je eigen merk geworden, je eigen ondernemer, die zichzelf zo goed mogelijk moet verkopen. Als je niet langer je baas de schuld kan geven dat hij je onder zware druk zet om een target te halen, omdat jij zelf degene bent die de doelen stelt, kun je niet in opstand komen. Tegen je werkgever kun je staken. Nee zeggen tegen jezelf als het te veel wordt, is ingewikkelder. Omdat wij zelf onze eigen maatstaf zijn geworden, krijg je een system crash: een burn-out. Dat komt nu zoveel voor dat het een collectief probleem is geworden.’

Kijken we bij depressie te veel naar het individu en te weinig naar de samenleving?

‘Depressie heeft ontegenzeggelijk medische aspecten, maar in de medicalisering van het probleem blijft de systematische of politieke kant vaak onderbelicht. We zijn allen afzonderlijk slachtoffer van een systemisch probleem. Blue Monday geeft een drempelverlaging voor het delen van gevoelens van somberheid. En het is een goed moment om met elkaar te beseffen dat we af moeten van de extreme individualisering van de somberheid.’

Hoe deze maatschappij eenzame individuen creëert

‘Ook al is het een persoonlijk gevoel, dan wil het nog niet zeggen dat het een persoonlijk probleem is. We moeten ook kijken naar de omgeving, de werksituatie en de structuur waarin iemand functioneert. Zo hebben we depressie te veel toegesneden op het individuele perspectief. Ik heb een probleem, niet het bedrijf waar ik voor werk. Ik heb een probleem, niet mijn generatie. Die gedachtegang is een typisch voorbeeld van de neoliberale uitbesteding van problemen aan individuen terwijl de problemen systematisch van aard zijn.’

En wat gebeurt er dan?

‘Het individu heeft dan de taak om een oplossing te vinden, die snel uitkomt bij een medicus. En dat is logisch. Deze professionals zijn er voor het professioneel oplossen van problemen. De ironie is dat het probleem daardoor niet kleiner, maar zwaarder wordt. Die individualiseren de problemen ook. Terwijl, bij sommige vormen van somberheid, zoals burn-outs, we meer geholpen zijn bij structurele maatregelen. Dus niet alles zelf, individueel oplossen, onder eigen regie, maar vanuit het idee dat je in teams op de werkvloer verantwoordelijkheden juist deelt. Als we onze heilig bevochten autonomie en onafhankelijkheid tussen haakjes durven zetten en ons meer overleveren aan elkaar, kunnen we op elkaar leunen. Binnen een gezin doen we dit als vanzelfsprekend. Dan zit je zo dicht op elkaar, dat je niet kan volhouden dat je een eigen, autonome leefeenheid bent. En kan je simpelweg niet volhouden dat ‘alles goed’ is, als je niet lekker in je vel zit.’

Wat kunnen we doen?

‘Als filosoof zeg ik: de juiste vragen stellen. We hebben net gesproken over de vraag wat het over onze samenleving zegt dat depressie volksziekte nummer één is, en wat het betekent voor de individuen die eronder lijden. Nu moeten we het nog over de mensen in hun omgeving hebben. We hebben in Nederland ruim een miljoen mensen met depressieve klachten. Dat betekent dat daar een heel netwerk van mensen omheen zit wat nog vele malen groter is. Hoe moeten zij omgaan met een naaste met depressie? Hoe moet je je verhouden tot een vriend of collega die thuiszit? Moet je wel of niet bellen, en hoe bespreek je deze persoonlijke dingen met elkaar? We ervaren gêne in het ter sprake brengen van de lastige dingen in het leven en weten vaak niet zo goed hoe we ermee om moeten gaan. Het is tijd om ook aandacht te besteden aan dit soort vragen.’